Het bevloeien van grasland is een eeuwenoude landbouw-techniek, waarbij stromend water via sloten en greppels tot op het grasland wordt geleid met de bedoeling de groei te bevorderen en de hooiopbrengst te verhogen. Hierbij wordt enkel gebruik gemaakt van de zwaartekracht en de natuurlijke stroming. Bevloeien gebeurt vooral in de winter en het voorjaar. Het verhindert bevriezing, bestrijdt ongedierte, verbetert de bodemstructuur en voert mineraalrijk slib aan.
Voor het project Water & Land werkten we samen met graslandbevloeiers uit Lommel (BE), Mol (BE) en het Lankheet (NL). Zowel in Vlaanderen als in Nederland is deze immaterieel erfgoedpraktijk bijgeschreven op de Inventaris voor immaterieel cultureel erfgoed. Een internationaal netwerk ijverde voor en behaalde een erkenning van het vakmanschap op de Representatieve Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van UNESCO.
Download hier de brochure 'Traditionele graslandbevloeiing voor een klimaatrobuuste toekomst'
In grote delen van Europa werd grasland vanaf de vroege middeleeuwen tot diep in de twintigste eeuw bevloeid. Het bevloeien van weiden was oorspronkelijk een vorm van bemesting maar levert vandaag vooral graslanden op die gekenmerkt worden door hun biodiversiteit. CAG en KIEN trokken de natte vloeiweiden in en spraken met de erfgoedgemeenschappen. Telkens werd het positieve effect van bevloeiing op bodem en biodiversiteit benadrukt. Graslandbevloeiing verhindert bevriezing, bestrijdt ongedierte, verbetert de bodemstructuur en voert mineraalrijk slib aan. Ook beheerders en academische onderzoekers beaamden dit. Samen onderzochten we welke kansen er bestaan vanuit immaterieel erfgoed voor lokale klimaatacties, klimaatadaptatie en op vlak van ecologische duurzaamheid algemeen.
Hoewel bevloeien soms gezien wordt als een techniek van het verleden, zijn gemeenschappen eigenlijk met heel actuele dingen bezig.
– Eric Brinckmann
Traditioneel bevloeide weiden springen er om verschillende redenen uit. Zo zijn dergelijke vloeiweiden steeds soortenrijke graslanden. Tientallen tot zelfs honderden inheemse plantensoorten kunnen er ontdekt worden. Bovendien bevatten deze graslanden niet enkel lokale soorten, maar zijn er ook soorten terug te vinden die met het vloeiwater meereizen of soorten die eerder te verwachten zijn in meer kalkrijke omgevingen. Deze effecten in biodiversiteit hebben een dieperliggende oorzaak. Immers, de biodiversiteit aan de oppervlakte hangt samen met die in de bodem. Hoe gezonder het bodemleven, hoe meer organische stof wordt omgezet, hoe meer er voor het plantenleven uit de bodem te halen is. De graslandbevloeiing zorgt dat het fosfaat-, stikstof-, kalium-, calcium- en humusgehalte van de bodem hoog is, en daarmee ideaal voor bodemleven en vruchtbaarheid. Daarenboven wordt door het jarenlang bevloeien een sliblaag gevormd, die op sommige plaatsen 10 tot 20 cm dik is. Deze sliblaag vermindert uitdrogingsverschijnselen van de bodem en zorgt voor een betere waterberging.
Graslandbevloeiing kan, net als de kennis over watermolenlandschappen, erg waardevol zijn in functie van vernatten van de omgeving en het verhogen van het grondwaterpeil. Laat net dat een van de steeds vaker terugkerende problemen zijn in de huidige klimaatuitdagingen. Het water dat over bevloeide graslanden stroomt, krijgt de tijd om in de bodem te infiltreren. In de strijd tegen droogte is graslandbevloeiing een methode die men niet alleen in de grote beekvalleien en in voormalige vloeiweiden kan toepassen, maar ook daarbuiten.
Men kan graslandbevloeiing vergelijken met het herstellen van natte natuur zoals moerasgebieden of broekbossen. We kunnen in onze bodem enorm veel water stockeren, maar dan moet het simpelweg de tijd krijgen om erin te dringen.
– Hans Nuyttens
Bovendien zijn de natte omgevingen van de vloeiweiden uitermate geschikt voor koolstofstockage: ze houden heel wat CO2 vast. Daarenboven maakt het systeem van de vloeiweiden dat water, dat nu veel vaker in piekperiodes valt, heel effectief kan vastgehouden worden. De infrastructuur van de bevloeiing kan daardoor ook een invulling krijgen voor waterberging. Tenslotte kan de praktijkkennis over het leiden van water door sloten en beken, en daarbij horend het onderhoud van deze waterlopen, inspiratie bieden.
De techniek van de traditionele graslandbevloeiing moet niet per se een op een worden overgenomen. Integendeel zelfs, immaterieel erfgoed is bij uitstek dynamisch en past zich aan de maatschappij en heersende omstandigheden aan. Erfgoed kan ook simpelweg als inspiratiebron dienen voor nature based solutions, bijvoorbeeld voor de inrichting van getijdengebieden langs rivieren. De geschiedenis van het landschap en het immaterieel erfgoed dat ermee gepaard gaat, kan de basis vormen voor technologisch nieuwe, maar toch ‘oude’ oplossingen.
En in de toekomst?
Nieuwe toepassingen voor de techniek van traditionele graslandbevloeiing zijn er in functie van vernatting of waterberging. Toch is het omzetten van deze ideeën naar de praktijk niet evident. Traditionele graslandbevloeiing is arbeidsintensief, en herstellen van voormalige vloeiweiden vergt budgettaire inspanningen. Er zijn daarnaast vooral ook grondeigenaars, vrijwilligers en landbouwers nodig die open staan voor het (opnieuw) inzetten van de techniek. Hoe we dit immaterieel erfgoed toch kunnen waarderen en valideren, lees je op de pagina 'leerrijk verleden'.